U gebruikt een verouderde browser. Wij raden u aan een upgrade van uw browser uit te voeren naar de meest recente versie.

Bron 26


 

Laat het wonder in je gebeuren!

 

 

Het wonderlijke van het Pinksterwonder wordt in het verhaal van de Handelingen der apostelen dik in de verf gezet. Een hevige windvlaag die het huis deed daveren. Vlammen die zich als tongen van vuur verspreidden. De apostelen die naar buiten liepen en de toegestroomde menigte in vreemde talen begonnen toe te spreken. Het verhaal van het Johannesevangelie klinkt heel anders. Jezus' leerlingen moesten geen vijftig dagen wachten eer ze de Geest ontvingen. Direct na zijn dood zagen ze hem voor hen verschijnen. De heilige Geest die hij beloofd had kwam over hen toen Hij over hen blies. Geen talenwonder, maar de opdracht om de wereld in te trekken met de macht om zonden te vergeven.

 

Waarom zo'n spektakelverhaal? We moeten het, denk ik, lezen als een samengebalde weergave van de wonderbare ontwikkeling die na Pasen door Jezus' volgelingen op gang is gebracht. Bezield en gestuwd door de Geest brachten ze het christelijk geloof in veel streken en talen tot leven.

 

Het kost ons eigenlijk niet zoveel moeite ons in deze situatie te herkennen. In de  veelkleurigheid en veeltaligheid van de mensen uit verschillende volkeren, culturen en religieuze tradities die in de stad verbleven. Voor ons goed herkenbaar. Wij hebben nu wel meer last van het onbegrip en de misverstanden, de achterdocht en de conflicten die multicultureel samenleven doen mislukken.

 

Maar ook nu is de Geest aan het werk. Door ons kan hij ook nu wonderen bewerken. Zonder enig spektakel. Manu Verhulst situeert ze in de sfeer van de 'zachte communicatie' die gebeurt op velerlei manieren: in wat een moeder tegen haar baby zegt, zingt of neuriet. In wat geliefden elkaar toefluisteren. In de vergeving en verzoening die tot stand wordt gebracht door het eerste woord na een lange periode van koppig zwijgen. Zachte communicatie gebeurt vooral door de lichaamstaal. De ogen bijvoorbeeld, zijn de spiegels van onze ziel. Manu Verhulst zegt nog: Pinksteren is gevoelig blijven voor de Geest en voor zijn inspraken om in heel kleine dingen deze wereld een beetje menselijker dat wil zeggen, een beetje goddelijker te maken.

 

"Wat altijd is geweest, het waaien van de Geest, gebeurt aan ons vandaag." zingt Oosterhuis. Elke dag kan de Geest waaien over ons. De geestdrift die Hij in ons bewerkt, kunnen we op mensen met wie we omgaan doen overslaan. Als je iemand geestdriftig toespreekt over wat je echt ter harte gaat, kun je mensen doen verstaan wat je wil zeggen. Geestdrift kun je ook in anderen opwekken door ze woordeloos toe te spreken met je lichaamstaal. Spraakverwarring, onbegrip en misverstanden worden opgeheven waar mensen delen in dezelfde geest. Uit kracht van de Geest gebeurt het wonder dat vergiffenis heet.

 

Van de eerste Pinksterdag zeggen we dat het de geboortedag was van de kerk. De eerste christelijk kerk was een pinksterkerk. Vandaag moet ze dat ook zijn, meer dan ooit. Het gaat haar niet voor de wind. We kijken tegen een kerk aan die ontluisterd is door schandalen, misstappen en falen allerhande, een kerk die letterlijk in haar hemd staat. Ze slaagt er maar moeilijk in zodanig over Gods grote daden te spreken dat iedereen haar boodschap in zijn eigen taal kan verstaan.

 

Maar we kunnen het ons niet permitteren alleen kerkelijke overheden met de vinger te wijzen. Iedereen die zijn christelijk geloof ernstig neemt, deelt in de opdracht om het ter sprake te brengen in een taal die mensen aanspreekt, die hen laat voelen dat God van hen houdt. Moge de Geest ons vaardig maken om met medemensen om te gaan, ook met mensen die van ons verschillen in taal, cultuur, godsdienst, mening of karkater. Laten we ons hart wijd openen en onze krachten bundelen om het pinksterlied van Oosterhuis waar te maken: 'Het waaien van de Geest gebeurt aan ons vandaag. Hij is nog niet verstomd, Hij zwaait ons toe en komt. Wij ademen het in: het vuur van het begin, Gods woord dat antwoord vraagt.' Dat dit vuur in je hart mag oplaaien en branden voor de mensen die je ontmoet. Dat Hij je mag bezielen om te leven naar de gezindheid die Jezus Christus bezielde.

 

Naar een homilie van B.J. De Clercq o.p.