U gebruikt een verouderde browser. Wij raden u aan een upgrade van uw browser uit te voeren naar de meest recente versie.

Artikels


In deze rubriek kan je regelmatig een artikel lezen waarin een aspect van de franciscaanse spiritualiteit nader wordt bekeken en uitgelegd. De artikels die hier verschijnen zijn eerder gepubliceerd in diverse franciscaans geïnspireerde (en andere) tijdschriften. Daarom vragen wij uitdrukkelijk deze artikels (of paragrafen eruit) niet  te kopiëren voor publicatie in een ander tijdschrift of op een website zonder de schriftelijke toestemming van de auteur die onderaan vermeld staat.

 

 

Ascese, een opgelegd gebod of een geschenk?

Over ascesebeleving bij clarissen

zr. Martine Van de Walle osc


Betekenis van ascese 

Wat roept het woord “ascese” op? Als men het nagaat in woordenboeken komt men wellicht als mogelijke definities tegen: een sobere en strenge levenswijze, streven naar het beoefenen van een zuivere levenswandel, zelftucht, karakter beteugelen, onthouding, enz.
Voor velen doet het woord “ascese” denken aan versterving, zich te kort doen. Het is ongetwijfeld een waarde die weinig aantrekkingskracht heeft in deze tijd. Ascese roept onaangename kracht-inspanningen op en verwijst naar een negatieve instelling over de vreugden van het leven.
Oorspronkelijk komt “ascese” van een Grieks woord dat “oefening” betekent. Deze betekenis roept niet zozeer de gedachte op van tekort of van versterving, maar eerder van een arbeid die de mens verricht om te groeien. In oorspronkelijke zin is ascese dus een geheel van oefeningen waardoor de mens kan groeien tot meer mens worden. In die richting ligt het accent niet op sterven, maar op leven! De mens oefent zich om te groeien in innerlijke vrijheid. Dit klinkt al heel wat positiever.

Elke mens heeft een weg af te leggen naar bevrijding. Het middel om die weg te gaan is de ascese-beleving. Ascese is dus geen doel, maar een middel tot meer menswording. Mens worden gaat niet vanzelf, mens worden doet pijn. Daarom druist ascese in tegen een “spiritualiteit van welzijn” waarbij men alleen aandacht heeft voor zich goed voelen, zonder de minste oefening, zonder de minste weerstand. In deze tijd is dit wel in, maar kan men hier spreken van spiritualiteit? Zonder ascese lijdt elk leven immers aan spirituele bloedarmoede.

 

Clarissenleven en ascese

De regel van de clarissen begint als volgt:
 Het leefmodel van de orde van de Arme Zusters
 dat de zalige Franciscus heeft ingesteld, is dit:
 het evangelie van onze Heer Jezus Christus onderhouden
 door te leven in gehoorzaamheid, zonder eigendom en in kuisheid. 

In deze aanvang zit al een hele brok ascese. Het evangelie onderhouden, leven in gehoorzaamheid, zonder eigendom en in kuisheid… Dit houdt al een heel programma in. Dit betekent dat wij, als clarissen, niet zelf onze weg bepalen, maar dat we ons laten leiden. Het evangelie en de geloftenbeleving zijn onze gidsen. Het leefmodel geeft een vast patroon aan ons dagelijks doen en laten. Waar zit nu het ascetisch element in onze regel? Het leefmodel zelf is de ingangspoort naar ascese. Als we onze regel serieus nemen, dan zitten we volop in een ascetische beleving. We moeten onze ascese niet uitvinden, ze wordt ons geschonken.

Mensen zijn geneigd om een vorm van ascese te zoeken. Zelfgemaakte ascese komt veel voor. Zo’n ascese houdt men echter niet vol. Het vraagt dat men op de toppen van de tenen loopt, dat men tot het uiterste gaat. Het resultaat is vaak uitputting, teleurstelling en ook soms bitterheid. Zelfgezochte ascese leidt tot de dood, geschonken ascese leidt tot het leven.
Clarissen ontvangen een ascesebeleving via de regel. Ze worden uitgenodigd de weg te gaan van “opgelegde ascese” naar “geschonken ascese”. Het vertrekpunt in onze levenswijze is niet de ascese, maar wel het centraal stellen van de arme Jezus. We zijn claris geworden om met Jezus verbonden te leven, om Hem na te volgen. “De Zoon van God is voor ons de weg geworden” zegt Clara in haar testament.   Door in Zijn voetstappen te treden groeit ascese van binnenuit. Ze wordt ons in genade geschonken. Pas dan zal ze vruchtbaar zijn. Ascese in ons clarissenleven zit in de kleine dagelijkse gebeurtenissen. Enkele sleutelwoorden zijn: loslaten, gebed, afhankelijkheid, gemeenschapsleven.
Ascese en loslaten

Ons dagelijks leven kent een vaste structuur: een afwisseling van arbeid en gebed. Voortdurend het één loslaten om ons toe te wijden aan het andere, heeft alles te maken met ascese.
In de Kerkgemeenschap zijn wij een stille aanwezigheid. We bewijzen geen dienst door grootse projecten te verwezenlijken, maar wel door onze zijnswijze. Onze besloten levenswijze vraagt heel wat loslaten. Door ons eenvoudig en sober leven, toegewijd aan God en aan de mensen, getuigen wij in de Kerk en in de wereld hoe God een mensenleven totaal kan vervullen. Het loslaten van macht, eer en bezit heeft alles te maken met ascese.

Heel belangrijk voor ons, als volgelingen van Clara, is de bezitloosheid. We proberen arm in het leven te staan, innerlijk en uiterlijk. Uiterlijk zijn we sober in onze maaltijden, onze kledij, onze materiële zaken. Innerlijk arm zij we door ons niets toe te eigenen. Op onze talenten moeten we ons niet verheffen. We hebben ze niet uit onszelf, ze zijn ons geschonken. Sober leven helpt ons zien dat het leven een geschenk is. Leven met zo weinig mogelijk bezit maakt ons open voor het gratuite. We proberen er zo maar te zijn voor God en voor de mensen. In deze gratuite houding wordt broeder- en zusterschap mogelijk.


Ascese en gebed

Het gratuit in het leven staan maakt ons open voor gebed. Een bezitloos leven maakt in ons hart ruimte voor God, scherpt het verlangen naar God aan.
In dankbaarheid voor het geschenk van het leven, staan we lovend voor God en bidden we enkele keren per dag het kerkelijk officie. We bidden dat niet alleen voor onszelf, maar in naam van allen die op ons gebed rekenen en ook voor de grote noden van Kerk en wereld. We hebben ons uit de wereld teruggetrokken om op een andere manier, nl. biddend, verbonden te leven met de wereld. Zo zou men ons apostolaat, onze dienst aan Kerk en wereld, de dienst van het gebed kunnen noemen. Onszelf decentraliseren in het gebed is een vorm van ascese.
Naast ons koorgebed hebben we ook tweemaal per dag persoonlijk gebed. Daarin zijn we vooral op zoek naar onze verbondenheid met God. Iedereen van ons is ingetreden met het verlangen God te zoeken en heeft die persoonlijke ruimte nodig om met Hem in relatie te treden.
Om die sfeer van gebed gaande te houden, brengen we de dag door in een sfeer van stilte. Het gaat niet om een ijzige stilte, maar om een gevulde stilte. In onze dagorde zijn uitdrukkelijke momenten van stilte ingebouwd en ook tijden die we alleen doormaken.
Veel stilte en veel gebedstijden zijn ondersteunend en helend om te volharden in onze roeping. Stilte en gebed zijn belangrijke vormen van ascese.

Een gebedsleven verloopt niet altijd rimpelloos. Als clarissen ervaren wij vaak dorheid. We voelen Gods aanwezigheid niet altijd. We begrijpen Hem vaak niet. Waarom grijpt Hij niet in? Waar is Hij? Waarom laat Hij zich niet kennen? We ervaren God als de totaal Andere. We hebben geen vat op Hem, kunnen Hem niet grijpen. We zouden Hem zo graag altijd voelbaar aanwezig weten, maar dat lukt niet. Ook dat is ascese: God God laten zijn, ons openen voor Hem, zonder beslag op Hem te leggen.
Wachten in het gebed en alleen maar leegte voelen is moeilijk. Toch is ook dat ascese die we te beleven hebben, tot het uur van God komt waarop Hij zich openbaart.

 

Ascese en afhankelijkheid

Elk leven is wezenlijk getekend door afhankelijkheid, onafheid, onmacht. Mensen zijn geneigd dit allemaal te overstijgen en willen onafhankelijk zijn. Clara van Assisi nodigt ons uit om onze afhankelijkheid te aanvaarden, ze toe te laten in ons leven, ze niet op te vullen met schijnwaarden zoals macht, eer en bezit. Durven staan in onze afhankelijkheid is een vorm van ascese. De innerlijke armoede die we daardoor ervaren doet ons openstaan voor God en helpt ons zien wat echt belangrijk is in het leven, namelijk waarden zoals dankbaarheid, vreugde, tevredenheid, verbondenheid.
Het feit dat onze clarissengemeenschappen gebaseerd zijn op soberheid, gebed en afhankelijkheid, geeft ons een gevoel van samenhorigeid. We ervaren dat we elkaar nodig hebben, dat elke zuster een inbreng heeft met eigen talenten. We hebben elkaar eveneens nodig om materieel te kunnen leven en om samen te kunnen bidden. Ook deze weg is een dienst aan Kerk en wereld: door onze zijnswijze getuigen wij hoe onderlinge afhankelijkheid leidt tot ware broeder- en zusterschap.

Onze levensvorm is gericht op het volgen van de arme Jezus. Clara zegt het ons in alle toonaarden: kijk naar Hem en volg Hem na. Voor haar is Jezus een spiegel.  Ze roept ons op om ons elke dag in Hem te spiegelen. In de spiegel herkent ze de aardse Jezus in al zijn armoede en deemoed. Ze ziet een Jezus die bewogen wordt door liefde. Het valt op dat Clara geen nadruk legt op de glorierijke momenten van Jezus. Ze heeft het vooral over de grote momenten van uiterste ontlediging: kribbe en kruis. Aardsheid, kwetsbaarheid, gebrokenheid… daar is onze spiritualiteit op gebouwd.
In de arme Jezus herkennen wij ons eigen menselijk bestaan. Het is een bestaan dat wezenlijk getekend is door armoede. Jezus heeft deze armoede doorleefd. Hij heeft zijn menselijke broosheid gedragen tot de dood. Als volgelingen van Clara proberen ook wij broosheid toe te laten in ons leven. Wanneer een mens gaat streven, heeft hij het allemaal zelf in handen. Ontvangen daarentegen maakt veel kwetsbaarder en vraagt een houding van armoede. Aanvaarde broosheid is zeker een vorm van ascese.

 

Ascese en gemeenschapsleven

Leven in gemeenschap is niet altijd gemakkelijk. We zijn en blijven mensen. We zijn allemaal mensen met een andere opvoeding en een eigen geschiedenis en zo leven wij samen. We worden vaak geconfronteerd met het anders-zijn van anderen, met de zwakheid van anderen en met onze eigen zwakheid. In deze zin is het gemeenschapsleven een opgave. Het anders-zijn van de anderen dragen en verdragen vraagt heel wat ascese. Het dicht bij elkaar leven kan een hele confrontatie zijn. Dagelijks worden we uitgenodigd om opbouwende keuzes te maken.

Ook in de tijd van Clara was dit zo. In het leefmodel heeft zij het over vergeving en barmhartigheid. Ze nodigt ons uit om voor elkaar een bemoedigend voorbeeld te zijn, om altijd weer het goede in elkaar te zien, om ons te hoeden voor elke vorm van hoogmoed, afgunst, voor laster en gemor, voor tweedracht en verdeeldheid.
Het is overduidelijk dat we zonder ascese niet tot dergelijke houdingen zullen komen.


Actuele vormen van ascese

In onze huidige tijd staan alle clarissen voor hetzelfde probleem: waar blijven de roepingen? Hoe ziet de toekomst er uit? Deze vragen laten niemand onberoerd. Hier bevinden we ons in een vorm van ascese die we zeker zelf niet gezocht hebben.
Kandidaten blijven uit, zusters worden ouder, de gebouwen worden te groot. Onze broosheid neemt toe. Elke gemeenschap kan ervan meespreken.
In de Kerk gaat het niet veel beter. Schandalen komen uit, kerkgebouwen worden gesloten. Priesters en religieuzen voelen hun kring steeds kleiner worden.

Deze onzekere crisisperiode komen we niet te boven als we ons door deze omstandigheden laten leiden. Ascese in deze crisis betekent dat we blijven geloven in onze roeping. Het is de tijd bij uitstek om aan onszelf te werken, om onze roeping uit te zuiveren.
We worden steeds meer de kleine kudde waarover Clara spreekt in haar testament.  Dit heeft als positief gevolg dat onze betrokkenheid op elkaar sterker wordt. Door als gemeenschappen toe te groeien naar elkaar, worden we sterk in onze broosheid. We voelen dat we elkaar nodig hebben. We leven mee  met elkaars wel en wee.
Ascese betekent hier dat we onszelf overstijgen en onze krachten bundelen. In deze onzekere toekomst worden we opgeroepen pelgrims te zijn, die trouw hun weg blijven gaan en die, midden in de woestijn, blijven geloven in oases. Meer dan ooit mogen wij gist in het deeg zijn. Meer dan ooit zijn we geroepen om authentiek in onze zending te staan. Zo zijn we een uitstraling voor de Kerk en voor de maatschappij.

Een andere actuele vorm van ascesebeleving toont zich in onze omgang met de moderne communicatiemiddelen.
Als clarissen waken wij er over om ons niet te laten verleiden door allerlei nieuwe snufjes. De communicatie tussen mensen moet steeds sneller gaan. Ook wij maken gebruik van internet en schrijven emails. Wel blijven we waakzaam en geven we niet toe aan elke impuls. We leren de kunst van het wachten in plaats van voortdurend na te gaan of emails al dan niet beantwoord werden. Wachten is een mooie vorm van ascese en het bevordert de onthaasting. We zijn ons de waarde bewust van een geschreven brief of een felicitatiekaartje. Het is goed en nuttig dat de moderne communicatie-middelen bestaan. We laten ze echter niet overheersen in ons leven.

Ook naar de schepping toe beleven we  een actuele ascesebeleving. We gaan zorgzaam om met de natuur. Overal in onze Vlaamse clarissengemeenschappen vindt men keurig verzorgde tuinen. We sorteren zorgvuldig alle afval en we gaan sober om met water en met elektriciteit. We zoeken om milieuvriendelijk te leven.
Het kijken naar het leven in de natuur leert ons veel over onszelf. Groeien, snoeien en bloeien gebeurt niet alleen aan bomen en struiken, maar ook aan de mens die er zich voor openstelt.


Ascese, een levenskunst?

De ascesebeleving is zeker een levenskunst. Men zou kunnen spreken van een spirituele kunst. Zonder ascese leidt elk mensenleven aan spirituele bloedarmoede.
Als we ascese op een goede manier in ons leven integreren, ervaren we ze als een vrijmakende kracht.
Ascese kunnen we niet zomaar zelf kiezen. Ze wordt ons van binnenuit geschonken. Zo is ze aan ons, clarissen, meegegeven met het leefmodel.
Ascese is geen statisch begrip, iets dat we in pacht menen te hebben voor altijd. Ascese groeit met ons mee als we er voor open staan. Het is als een onderstroom in ons die zich als het ware opdringt als we voor keuzes staan. Ascese is als een diepe drijfveer die ons op gang houdt.

Ascese helpt ons om het leven te ervaren als een geschenk. Als we openstaan voor wat essentieel is, dan komt er in ons ruimte vrij voor verwondering. Er groeit tevredenheid, dankbaarheid en vreugde om de echte waarden van het leven. Dat zijn allemaal vruchten van een goed beleefde ascese.

Waar en hoe onze levenswijze als clarissen vruchtbaar is, weten wij niet. We weten alleen dat elk leven, in liefde en echtheid geleefd, vruchten draagt. Onze gemeenschappen, hoe groot of klein ze ook zijn, zijn plekken waar de spiritualiteit van Franciscus en Clara geleefd, bewaard en doorgegeven wordt. Dat is een bijzondere en tegelijk bescheiden zending in onze snelle wereld, die snakt naar onthaasting.

Voor ons, clarissen, is het duidelijk: ascese is geen opgelegd gebod, maar een geschenk, op weg naar innerlijke vrijheid!

 

Zuster Martine
Clarissen Oostende