U gebruikt een verouderde browser. Wij raden u aan een upgrade van uw browser uit te voeren naar de meest recente versie.

Gedichten over vriendschap


 

Dit prachtige lied van Bertus Aafjes dragen we op aan alle mensen die van elkaar houden en dat regelmatig met elkaar vieren. Lieveling, hoe is het met je hart? 

 

Je hart

 

 

Lieveling, ik moet je haastig schrijven,
want straks wordt weer heel mijn leven zwart,

en dan voel ik niets meer aan den lijve.
Lieveling, hoe is het met je hart?
 

Kan het nog van pure vreugde springen
als een jong lam in de voorjaarswei?
Wordt het bij het zien van mooie dingen
warm, en licht het op en wordt het blij?
 

Hangt het in je als een schone kroon,
die vol kaarsen is en schone luister,
vol muziek van licht. Zo stil. Zo schoon?
Klopt het als het mijne soms zo snel?
Ach, ik groet je uit het vallend duister,
wees voorzichtig met je hart. Vaarwel.
 
                                              Bertus Aafjes

 

Uit: Bertus Aafjes, Het Koningsgraf. Amsterdam, J.M. Meulenhoff, 1948.

 


Dit liefdeslied van R.M. Rilke bevat een diepe zin, als je je dit gedichtje eigen maakt, zal de zin ervan zich aan je openbaren!

 

 

Liebes-Lied

Wie soll ich meine Seele halten, dass
sie nicht an deine rührt? Wie soll ich sie
hinheben über dich zu andern Dingen?
Ach gerne möcht ich sie bei irgendwas
verlorenem im Dunkel unterbringen
an einer fremden stillen Stelle, die
nicht weiterschwingt,
wenn deine Tiefen schwingen.

Doch alles, was uns anrührt, dich und mich,
nimmt uns zusammen wie ein Bogenstrich,
der aus zwei Saiten eine Stimme zieht.
Auf welches Instrument sind wir gespannt?
Und welcher Spieler hat uns in der Hand?
O süßes Lied.
 

R. M. Rilke

Liefdeslied

Waar moet ik met mijn ziel toch heen, opdat
zij niet aan de jouwe raakt? Hoe til ik haar
over je heen naar andere dingen?
Ach graag zou ik haar herbergen
bij zomaar iets wat verloren in het duister ligt op een vreemde stille plek, die
niet verder trilt wanneer jouw diepten
in mij weerklank vinden.

Maar alles wat ons beroert, jou en mij,
neemt ons tezamen als een muziekboog
die uit  twee snaren één stem samentrekt.
Op welk instrument zijn wij gespannen?
En welke speler houdt ons in de hand?
O heerlijk lied.    
 
R.M. Rilke


Een ontroerend mooie gedicht van Marilou van der Heijden, ons toegestuurd door Mevr. B. Lemmelijn. Hier kan je overigens nog een goed interview van haar lezen dat eerder verschenen is in Tertio:

Interview Benedicte Lemmelijn.pdf.

Hoe vaak op een dag, zou God of zouden wij aan Hem voorbij lopen?

 
Daar gaat God voorbij

 
Vandaag liep ik door de stadMeisje uit GuatemalaMeisje uit Guatemala
en zag een oude man
zwaar op zijn stok steunend,
ik zag een kind
met grote bruine ogen in een groezelig gezichtje,
ik zag een vriendelijke vrouw
die tegen me lachte
en ik lachte terug.
 
Vandaag liep ik door de stad
en zag God
zwaar op zijn stok steunend,
Hij had grote bruine ogen in een groezelig gezicht,
en Hij lachte tegen me
en ik… ik lachte terug.
 
                                                      Marilou van der Heijden


 
     Gelaat


       Als liefde een gelaat heeft
       trekt Gij er dan de trekken van

op mijn gezicht,
een vleugje schaduw, een glimlach licht,
een rimpellijn van leven,
van zonnig zijn, van geven.

Een plooi van vrede,
een rand van rust,
een mond die kust
in tederheid, tot eeuwigheid...

Een traan waarin
de glans van de scheppingsdag
bleef hangen.
Een beeld naar Uw verlangen.

Stephanie Cosmeans

 


 
De zegeningen van dit leven


De zegeningen van dit leven
Rusten in de kleine dingen
Die we veel te vaak vergeten
En op de achtergrond verdringen

Dingen die je niet
Met grote rijkdommen kan kopen
En die zo logisch lijken,
Vanzelfsprekend voor je zijn
 
En die we niet waarderen
Zolang we ze bezitten
Maar die we als we ze verliezen
Het meest van alles missen
 
De woorden en de glimlach
van een vriend die om je geeft
en in alle zware tijden
alles met je meebeleeft
 
De liefde van degene
Die het dichtste bij je staat
Dat is toch heel bijzonder
Dat is waar het toch om gaat
 
De eenvoud van het leven
Heeft de mens niet meer geleerd
Omdat hij in zijn dwaasheid
Slechts de rijkdom heeft geëerd
 
Maar al die  kleine dingen
Die dit korte leven biedt
‘t Is jammer dat de mens
die eenvoud niet meer ziet.


                                    Els Mardaga


 
Kwetsbaar Kind

 

Midden alle angst
om onrecht en verlorenheid
klinkt steeds opnieuw
dat hoopvol woord:
er leeft een God die redt!
 
Hij biedt zich aan
als kwetsbaar kind
als weerloos mens
als brood en wijn
als kracht om van te leven.
 
Wij zijn op weg
door eeuwen heen
om meer te worden zoals Hij
een mens, een volk
van liefde en van mededogen
van vergeving en van vrede!
 
                   (Auteur ons onbekend)

 


 
Ter ere van de vele vrouwen die een moederlijke en zorgende taak in hun leven vervullen en ter ere van onze lieve Moeder Maria, dit gedichtje:

 

Beeld van Indische steen:
Moeder en kind, symboliseert ook God en de mensBeeld van Indische steen: Moeder en kind, symboliseert ook God en de mens

 

Moeder zijn...

Moeder zijn is
een stukje van de schepping ontvangen
als antwoord op een diep verlangen,
is een parel uit Gods hand met zorg omringen,
en ook genieten van heel gewone dingen.

Moeder zijn is liefhebben,                             
geloven in het leven van alle dagen,
en eerlijk antwoord geven
op vele vragen.
 
Moeder zijn is eerbiedigen, niet kwetsen,
veel zien en zwijgen en nog meer vergeven.
 
Moeder zijn is leren loslaten,
ruimte scheppen opdat je kind groeien mag
tot wie het worden moet met open, blije lach.
 
Moeder zijn is kijken naar de verte
en toekomst bouwen, is jong heimwee bergen  met groot vertrouwen                                                           
Moeder zijn is
door een onzichtbare navelstreng
door alles heen met je kind verbonden blijven
een leven lang, ondanks pijn en stil geween.
 
Moeder zijn is met heel je streven
kinderen toevertrouwen aan het leven,
aan henzelf en aan God, die alles heeft gegeven.
 
Moeder zijn is een stukje van de schepping
weer bij de schepper brengen,
een parel uit Gods hand gevallen
weer in zijn handen leggen.
 
Anoniem
Bewerkt door Luc Hermans

 


 Een groet van de overkant, ter bemoediging:

 

De vriend van dag en nacht...

 
Ik ben de vriend van dag en nacht: Ik zal er zijn.
Voor elke nood, voor elke klacht: Ik zal er zijn.
Een vriend in voor- en tegenspoed: Ik zal er zijn.
Die altijd voor je opendoet: Ik zal er zijn.

Klop en mijn deur zal opengaan: Ik zal er zijn.
Vraag en mijn hart zal openstaan: Ik zal er zijn.

Klop aan mijn deur en schaam je niet: Ik zal er zijn.
In levensangst, in zielsverdriet: Ik zal er zijn.
Voor elk verlangen, elk gemis: Ik zal er zijn.
De God die altijd met je is: Ik zal er zijn.
Dit is je troost, je zekerheid: Ik zal er zijn.
Dit is mijn naam, nu en altijd: Ik zal er zijn!
 
Bewerking van een gedicht van Michel van der Plas