U gebruikt een verouderde browser. Wij raden u aan een upgrade van uw browser uit te voeren naar de meest recente versie.

Bron 23


 

Als het voor je ziel noodzakelijk is, kom dan!

Franciscus' briefje aan broeder Leo

 

 

Het briefje dat Franciscus eigenhandig aan broeder Leo schreef, is toch wel heel bijzonder.  Broeder Leo was de laatste jaren altijd met Franciscus onderweg. Hij was de biechtvader van Franciscus en na diens dood één van zijn belangrijkste biografen. Hieronder volgt een korte overweging van deze brief. Hier kan je ook een meer wetenschappelijk artikel erover lezen.  

 

Broeder Leo,

jouw broeder Franciscus wenst je heil en vrede.

Zo zeg ik je, mijn zoon, als moeder:

alles wat wij onderweg besproken hebben,

regel ik beknopt in deze uitspraak

en ik geef je de raad

- en je hoeft om raad niet naar mij toe te komen,

want ik geef je deze raad ‑ :

als je een of andere manier beter vindt

om aan de Heer God te behagen

en zijn voetspoor en armoede te volgen,

doe dat dan met de zegen van de Heer God

en in gehoorzaamheid aan mij.

En als het voor je ziel noodzakelijk is

en je voor een andere bemoediging

opnieuw naar mij wilt komen, kom dan.

 

Overweging:

Uit deze brief kunnen we opmaken dat Leo, hoewel hij biechtvader en eerste vertrouwenspersoon van Franciscus was, deze om raad vroeg in een moeilijke periode van zijn leven. Franciscus schrijft zijn raadgeving voor Leo op een stukje perkament. In de paar woorden van bemoediging voel je de moederlijke zorg van Franciscus voor zijn broeders, ook voor die broeder aan wie hij zichzelf helemaal toevertrouwde.

 

Franciscus drukt zijn vertrouwensrelatie met Leo heel treffend uit in één woord: 'jouw broeder Franciscus'. Hij heeft ook zoveel vertrouwen in Leo dat hij deze in staat acht zelf een juiste beslissing te nemen en naar eigen inzicht te handelen maar binnen de voetsporen van Jezus Christus en van hun franciscaanse levenswijze.

 

Ook het feit dat Franciscus zegt dat broeder Leo niet hoeft te komen tenzij het om een andere raadgeving gaat, en indien hij zelf nood heeft om Franciscus te zien, wijst erop dat hij heel veel vertrouwen heeft in Leo, in diens vertrouwen op de Heer en wijsheid om zelf de juiste beslissingen te nemen. Het zegt ook iets over de manier waarop Franciscus omging met zijn broeders en de wijze waarop hij hun leiding gaf.

 

Voor broeder Leo was deze brief van Francisus zo kostbaar dat hij hem opvouwde en in de binnenkant van zijn pij naaide zodat hij deze brief en deze raad heel zijn verdere leven bij zich droeg.

 

Vertrouw jij je toe aan iemand of vraag je iemand die je kan vertrouwen wel eens om raad? Het is niet makkelijk om te erkennen dat je regelmatig een woord van troost en bemoediging nodig hebt. Als je in je omgeving kijkt, is er zeker een wijze man of vrouw die bereid is naar je te luisteren en je leiding of raad te geven. Niettemin is het van groot belang in je leven te leren vertrouwen in de levenswijsheid die je zelf hebt opgedaan. En vooral: te leren vertrouwen op de Heer, Hij is een metgezel die altijd met je gaat, aan wie je je verhaal kwijt kan zonder je veroordeeld of beschaamd te voelen. Volg altijd die twee sporen in je leven: vertrouwen op de raad van een wijs mens, daar om durven vragen (maar laat slechts één op de duizend je raadsman zijn, zegt de Wijsheid van Jezus Sirach, een prachtig boekje dat je in de Bijbel vindt) en vertrouwen op je eigen inzicht. Toets je eigen wijsheid aan die van iemand anders en volg in je beslissingen altijd je hart, want het toont je de juiste weg.

 

Dat is wat Franciscus aan zijn eigen raadsman en biechtvader, zijn vertrouwenspersoon wil zeggen. Als een ‘moeder’. Dat is typisch voor Franciscus, hij benadrukt heel sterk het moederlijke, ook van God. Maar hij nodigt zijn broeder uit, als het nodig is, naar hem toe te gaan. Misschien ken je iemand in je omgeving die nood heeft aan een woord van troost en bemoediging en die vroeg of laat beroep op je doet. Bidden wij samen om de H. Geest, dat Hij ons wijsheid en inzicht geeft om optijd naar iemand toe te gaan ‘als het voor de ziel noodzakelijk is’ en om zelf iemand te worden bij wie anderen troost, raad en bemoediging vinden.